vrijdag 31 oktober 2014

#4 Laatste college, laatste blog

Dit is alweer mijn laatste blog over de colleges van Maatschappelijk mediabewust.
In dit college mochten we onze mobiel en tablet niet aan hebben. Dit was al heel lastig, vooral omdat ik mijn mobiel op tafel had liggen, maar het is uiteindelijk toch gelukt. 

Volgens Douglass Rushkoff leven we in een aandachts-economie. Steeds als onze mobiel trilt, krijgen we een prikkel die ervoor zorgt dat we snel onze mobiel pakken. Dit komt mij wel erg bekent voor. Ik heb mijn mobiel eigenlijk altijd wel bij de hand en als er dan een pingeltje of een trilling komt dan ben ik snel geneigd om erop te kijken. Je weet maar nooit hoe belangrijk het kan zijn. 9 van de 10 keer is het niet belangrijk, maargoed.
Is technologie nou wel of niet goed?

We hadden het erover dat er altijd wel conspiratie nodig is. Dit betekent dat je samen moet ademhalen om tot een goed product te komen. Je kan namelijk niet alles overleggen via de telefoon. Het is veel makkelijker en sneller om fysiek samen te zijn.

Mijn docent kwam met een ethisch dilemma. Hij vertelde dat er een test komt waarop je kunt zien hoe groot de kans is dat je een baby krijgt met een beperking. Ik schrok hier best wel van. Ik dacht bij mezelf: wil ik dat wel weten? Mag een kind dat een beperking heeft niet op de wereld komen? Wordt hem/haar geen leven meer gegund in de toekomst? Ik vond dit erg lastig. Van mij hoeft die test niet te komen. Ik zal altijd van mijn kind houden, ook al heeft het een beperking. En ik denk dat kinderen met een beperking ook gewoon een prettig leven kunnen hebben.


Op een gegeven moment ontstaat er Singularity. Dat is het moment waarop de kunstmatige intelligentie de menselijke intelligentie overstijgt. Ik denk dat dit ook echt de toekomt wordt. Ik weet alleen niet of ik het fijn moet vinden of niet. Ik vind het soms nog erg eng dat een apparaat meer weet dan de mens zelf. En is hoeverre is het te vertrouwen? Zijn we dan nog wel de bestuurder van ons eigen leven, of worden we de passagier?

Link: https://www.youtube.com/watch?v=1uIzS1uCOcE

#3 Moraliteit en eenzaamheid


Ik wil het deze keer graag hebben over het morele gedrag en de eenzaamheid van de mens . 
Wat is nou eigenlijk moreel en immoreel? Moreel staat voor de mentale kracht van een persoon. Immoreel is als iemand bewust schade toebrengt aan anderen.

In mijn werkveld doen zich veel morele kwesties voor. Bijvoorbeeld ruzie tussen leerlingen of het overtreden van regels. Deze kwesties kunnen ook heel goed in de klas besproken worden. Het lijkt me dan ook heel leuk om dat een keer te gaan doen. Een gesprek over bijvoorbeeld liegen, slaan of elkaar pesten. Ik denk dat de leerlingen hierbij ook veel van elkaar kunnen leren.

Er wordt gezegd dat het gedrag dat kinderen vertonen een spiegel is van het gedrag van de ouders. Ik denk dat de sfeer van de groep of school er ook mee te maken heeft. De school heeft een positief morele sfeer nodig. Dat zal denk ik het morele gedrag van de kinderen goed doen.


Tijdens het college hadden we het ook over alleen zijn VS eenzaamheid.  Is dit hetzelfde?
Ik vind van niet. Ik denk dat eenzaamheid iets negatiefs is en alleen zijn kan ook positief zijn. Ik vind het zelf ook fijn om soms eens alleen te zijn en goed tot mezelf te komen. Het blijkt dat sommige mensen helemaal niet tegen alleen zijn kunnen . Ze willen steeds met anderen in contact zijn. Sommigen slapen dan ook met hun telefoon. Dat gaat voor mij een beetje te ver. Tegenwoordig verwachten mensen ook meer van technologie dan van elkaar. Als ze maar 20 likes op facebook krijgen dan voelen ze zich al alsof ze echt bestaan en gezien worden.


Ik hoop niet dat dit de overhand krijgt en dat technologie belangrijker wordt dan de mens zelf. 

Link; https://www.youtube.com/watch?v=hmWsNNIAuKw 

maandag 6 oktober 2014

#2 keuzes maken

Hoi allemaal! 

In mijn vorige blog hebben jullie gelezen dat ik het niet altijd makkelijk vind om zelf keuzes te maken. Het college van 2 oktober ging onder andere over keuzes maken. Elke dag moet je wel keuzes maken. De één makkelijker dan de ander. Welke keuzes heb ik vandaag al moeten maken?
- Zal ik hard lopen voor de bus of zal ik de volgende nemen?
- Welk broodje zal ik nemen?
- Zal ik eerst huiswerk maken of eerst iets leuks doen?
- Wat zal ik aandoen vandaag?

Het zullen er vast wel meer zijn.

Tijdens het college gingen we nadenken over keuzes maken. Hebben we eigenlijk wel de vrijheid om keuzes te maken of worden we beïnvloed in onze keuzes? Dat vond ik wel een hele mooie vraag. Ik denk dat je bij veel keuzes wel beïnvloed wordt door andere factoren. Als je bijvoorbeeld eten voor vanavond gaat kopen dan denk je over veel dingen na. Je denk niet zomaar bij jezelf: lasagna! Nee, je gaat eerst nadenken: waar heb ik zin in? Lust de rest het ook wel? Oh nee Pietje vindt dat niet lekker. Dan moet ik weer iets anders kopen voor Pietje. Ik kies wel iets dat iedereen lekker vindt, dat is makkelijker. Waar heb ik nog meer trek in?
Dit zijn al heel veel factoren die een keuze beïnvloeden die je dagelijks moet maken.

Keuzes worden je vaak opgelegd. Vaak ook nog met talloze mogelijkheden. Krijgen kinderen op een basisschool ook wel eens keuzes opgelegd? En moet ik als leerkracht dan de keuzemogelijkheden zoveel mogelijk beperken of juist niet? Ben ik me als toekomstig leerkracht wel bewust van wat ik van de kinderen vraag? Dit zijn vragen waar ik me in de toekomst wel meer mee bezig wil houden. Zelf merk ik namelijk ook hoe moeilijk het soms is om keuzes te maken.


Probeer zo veel mogelijk zelf je keuzes te maken en wees je bewust van de keuzes die je anderen oplegt. 

Link: keuzes maken 

#1 Bloggen!

Hoi allemaal!

Ik zal jullie eerst wat over mijzelf vertellen, zodat jullie mij wat beter leren kennen. Ik ben Charissa Koevoets en ik ben 20 jaar oud. De opleiding die ik op dit moment volg is de Pabo op Windesheim Flevoland in Almere. Dat is voor mij lekker dichtbij, omdat ik ook in Almere woon J. Ik zit nu in het derde leerjaar en in dat leerjaar moet ik het eerste half jaar een minor gaan volgen. Ik heb gekozen voor de minor mediapedagogiek. Heel interessant, omdat kinderen natuurlijk steeds meer met (social)media in aanraking komen en het voor mij straks als leerkracht belangrijk is om te weten hoe kinderen hier mee om gaan en hoe ik het zelf kan gebruiken in mijn klas. 

Bij mijn minor horen allemaal modules. Één module heet maatschappelijk mediabewust. Voor deze module moet ik blogs gaan schrijven over de colleges. Dit is mijn eerste blog die ik daarvoor ga schrijven, dus ik hoop dat jullie het leuk gaan vinden. Daar gaan we dan…

Het was 18 september 2014. Die dag kregen we voor het eerst les in het vak Maatschappelijk mediabewust. Ik ging met een paar vraagtekens het klaslokaal binnen, want ik wist nog niet echt wat ik van het vak moest verwachten.
We begonnen de les met de belangrijkste woorden van deze module, namelijk relatie, competentie en autonomie. Deze woorden kende ik al, omdat ik ze in mijn eerste twee jaar van de Pabo al tegengekomen ben. Deze woorden zijn dan ook belangrijk voor mij als leerkracht. Hoe ga ik met de leerlingen om? Hoe zorg ik ervoor dat de leerlingen zich competent voelen? Dat ze kunnen zeggen: ik kan het! En hoe zorg ik ervoor dat ik de leerlingen de zelfstandigheid  geef die ze nodig hebben en aankunnen?
Mijn leerkracht Marcel wilde weten wie uit onze klas zich autonoom voelt. Ik ging bij mezelf nadenken en ik kwam tot de conclusie dat ik mezelf eigenlijk niet autonoom genoeg vind. Natuurlijk kan ik wel veel zelf, maar bij veel keuzes die ik moet maken, wil ik altijd wel graag de mening van een ander horen. Vooral van de mensen die dicht bij me staan.
Ik had gedacht dat veel studenten uit mijn klas zich wel autonoom voelen, maar tot mijn verbazing staken maar weinig studenten hun vinger op.

Voor dit college heb ik het boek ‘Verbeter de wereld , begin bij de opvoeding’ moeten lezen van Micha de Winter. In dit boek kwamen de begrippen positieve en negatieve vrijheid naar voren. Ik had nog nooit echt van deze woorden gehoord, maar het leek mij logisch dat positieve vrijheid betekent dat je je vrij kan voelen en dat negatieve vrijheid betekent dat je je niet vrij kan voelen. Tijdens het lezen van het boek merkte ik dat ik er helemaal naast zat. Positieve vrijheid betekent dat je de mogelijkheid hebt om bepaalde keuzes te maken en je eigen leven in te richten. Negatieve vrijheid betekent dat je de mogelijkheid hebt om te doen wat je zelf wil, maar dan wel zo dat anderen er geen last van hebben.

Marcel vroeg tijdens het college ook aan ons wat de belangrijkste levensbehoeften zijn. Kleding, voeding, liefde en onderdak waren woorden die door de klas klonken. Marcel vertelde ons dat er wel eens studenten waren geweest die een andere behoefte noemden, namelijk hun telefoon. Ik schrok daar wel van, maar toen de discussie in onze klas hierover begon, werd ik wel met mijn neus op de feiten gedrukt. Als ik bijvoorbeeld thuis kom na een week vakantie zonder internet en Nederland weer in kom, doe ik zo snel mogelijk mijn internet weer aan. Mijn telefoon ontploft zowat van de mailtjes, whatsappjes en facebookberichten. Als ik al die berichten heb gelezen, blijken er misschien maar twee belangrijke dingen tussen te zitten en dat denk ik bij mezelf: eigenlijk heb ik mijn telefoon helemaal niet zo gemist die week.
Toch merk ik dat er tegenwoordig zo veel via je telefoon gaat en dat je daardoor bang bent dat je iets mist. We worden bijna gedwongen om een smartphone te nemen, want anders ben je niet makkelijk bereikbaar, niet up to date enz.
Als ik bijvoorbeeld op het station sta en om me heen kijk, dan zit ongeveer 80% van de mensen op hun smartphone. Soms denk ik dan: zien ze nog wel wat er in de “echte” wereld om hun heen gebeurt?

De media heeft de wereld veel toegankelijker gemaakt, maar toch ook veel kleiner. 
Een mooie zin om eens goed over na te denken. En dat zullen we denk ik nog veel gaan doen tijdens de colleges van deze module.